Eind 2015 was Artis in het nieuws vanwege een opmerkelijke aankondiging. De Amsterdamse dierentuin verklaarde haar inwoners niet langer namen te geven. Het idee hierachter was dat ze dieren niet langer wilden vermenselijken, maar dier laten zijn. Precies tegenovergesteld aan deze gedachte is het verhaal De pinguïnlessen van Tom Michell.
Deze Engelsman, inmiddels een zestiger, heeft een bijzonder en persoonlijk verhaal opgetekend dat hij veertig jaar geleden beleefde. Als 23-jarige jongeling tijgt hij in de jaren zeventig van de vorige eeuw naar Argentinië om Engelse les te geven aan een prestigieuze en exclusieve kostschool. Opgegroeid in het brave, geordende Engeland is hij op zoek naar avontuur. Met een gezonde dosis nieuwsgierigheid reist hij rond in Zuid-Amerika en heefthij de drang om de wereld te ontdekken en mensen te leren kennen.
Tijdens een trip in Uruguay stuit hij op een strand bezaaid met dode, met olie besmeurde pinguïns, op een na. Hij neemt het beestje neemt mee naar appartement waar hij verblijft en maakt de Magelhaenpinguïn schoon. Vanaf dat moment lijkt de pinguïn hem niet meer te willen verlaten. Er zit maar een ding op: hij doopt hem Juan Salvado(r) en neemt hem mee naar Argentinië. Een pinguïn redden is geen sinecure, maar al doende leert men.
Heel even is het spannend als hij het dier op het schoolcomplex heeft, maar iedereen blijkt wonderwel tolerant. Bovendien, Juan Salvado(r) is een intelligent dier en totaal niet mensenschuw. Sterker nog, hij is met voorsprong de populairste bewoner van de campus.
De pinguïnlessen is een vermakelijk non-fictie verhaal dat Michell tot voor kort voornamelijk heeft gebruikt als materiaal voor slaapverhaaltjes voor zijn kinderen en kleinkinderen. Uiteindelijk heeft hij toch besloten om dit verhaal van jeugdige overmoed en naïviteit op te tekenen. Een pinguïn is natuurlijk een beestje met een hoge aaibaarheidsfactor en als lezer heb je nergens aanleiding om in twijfel te trekken of dit verhaal over vriendschap tussen mens en dier wel zo gegaan is.
Het enige waarin de auteur te ver gaat is dat hij de pinguïn soms bijna verlosserseigenschappen toedicht. Klaarblijkelijk haalt Juan Salvado(r) in iedereen het beste naar boven en begrijpt hij ook iedereen. Mensen storten hun hart uit bij de pinguïn, die – discreet als hij is – aandachtig luistert en nooit iets doorvertelt. Ja, zo ken ik nog wel een paar. Maar goed, wat Michell natuurlijk wil overbrengen is de gevoelsband tussen mens en dier.
Hoewel het verhaal zich in Argentinië afspeelt, is het beeld dat de lezer van het land krijgt summier. Michell stipt kort de politieke situatie rond Perón en de militaire coup aan die plaatsvindt wanneer hij daar woont, en de Argentijnse gevoeligheid rondom de Malvinas/Falklands. Een van de weinige momenten dat Argentinië echt tot leven komt, is als Michell verhaalt over de hyperinflatie die Argentinië teistert, waardoor geld in een mum van tijd zijn waarde verliest. Vis kopen op de markt is dan ineens zo eenvoudig nog niet. Andere interessante passage is als Michell zijn trip in gaucholand beschrijft, een leven van authenticiteit en ultieme vrijheid. Ook over het leven in Argentinië op de kostschool had ik graag meer gelezen. Zodra Michell over de leerlingen vertelt, voel je zijn geestdrift en betrokkenheid bij die jongens.
De hoofdmoot van het boek is echter toch het verhaal van de pinguïn, want dat is het verhaal dat Michell wil vertellen.
Tom Michell, Uitgeverij Thomas Rap, 2015, ISBN 9789400406216, 283 pag., €19,90, vertaling: Joris Vermeulen
Meer pinguïnnieuws? Lees dan dit nieuwsbericht.