Wie ben je zonder de nabijheid van je geliefde? In Titus van schrijfster Karin Amatmoekrim (Paramaribo, 1976) verliest de gelijknamige hoofdpersoon zijn vrouw Kat door een tragisch ongeluk. Onverwacht laat zijn vrouw hem veel geld na. Zoveel, dat hij niet meer hoeft te werken. Hij besluit voor onbepaalde tijd weg te gaan, naar een wereld waar hem vrijheid en leegte wachten.
Titus Bijlhout, zoon van een Surinaamse vader en een Nederlandse moeder, vertrekt naar Kopenhagen en dat is het begin van een reeks ontmoetingen met markante personages. Titus komt terecht in een wereld die in een stroomversnelling raakt, maar tegelijkertijd drijft hij in een vacuüm. Karel, een zakenman en notoire rokkenjager, neemt Titus onder zijn hoede. Via dit blaterige, doch sympathieke personage ontmoet Titus Julia, een prostituee. Kan zij de leegte opvullen of is ze de bezegeling van Titus’ noodlot?
Lezers die een typisch ‘Surinaams-Nederlandse’ roman hopen te lezen, zullen teleurgesteld zijn. Titus’ (half-)Surinaamse afkomst speelt nauwelijks een rol. Zijn donkere huidskleur komt soms naar voren, maar ook niet meer dan dat. De typisch Surinaamse sfeer is er niet. Dat is geen kritiek, eerder een constatering. En het geeft aan dat Amatmoekrim een mooi verhaal kan vertellen dat niet cultuurgebonden is.
De auteur verweeft universele thema’s van liefde en eigenheid in een sober verhaal, waarin de lezer meedrijft met de hoofdpersoon. Welke wereld Titus ook binnengaat, het gemis van zijn vrouw blijft in zijn hart.
Van Amatmoekrim verschenen eerder Het knipperleven (2004) en Wanneer wij samen zijn (2006). Titus is een mooie, ingetogen roman over de breekbaarheid van het leven. Soms moet je je volledig losmaken van de wereld om jezelf weer te vinden.
Uitgeverij Prometheus, Amsterdam, 2009, ISBN 9789044612301, 228 pag., € 18,95